We stimuleren Positieve Gezondheid in de wijken
Huisartsenzorg is geen ‘one-size-fits-all’. Iedere zorgvraag is anders en iedere patiënt heeft verschillende behoeftes en mogelijkheden. Uitgangspunt van het Integraal Zorgakkoord is om samen met de patiënt te kijken wat er nodig en mogelijk is om gezond te leven. Dat lijkt misschien niets nieuws, maar de route naar persoonsgerichte zorg wordt in de toekomst wel degelijk anders. Er is behoefte aan een bredere blik op gezondheid. De samenwerking tussen huisartsen en het sociale domein en de tweede lijn wordt daarmee intensiever. Bij RegiozorgNU merken we dat de gezamenlijke visie en taal van Positieve Gezondheid ons een kader en handvatten biedt om deze samenwerking vorm te geven. Marian Verkerk, programmamanager persoonsgerichte zorg en wijkmanager Sandra IJpma vertellen er meer over.
![IMG 3737 Bewerkt](https://www.regiozorgnu.nl/wp-content/uploads/2024/08/IMG_3737-bewerkt-scaled-e1724230533555.jpeg)
Marian Verkerk & Sandra IJpma
Waarom is het belangrijk dat zorgverleners energie gaan steken in persoonsgerichte zorg?
Marian: We horen vaak ‘Dat doen we toch al?’. En in de basis is dat ook zo, maar het kan helpend zijn voor een grotere groep patiënten en het kan met meer samenhang worden ingezet. We maken hier
afspraken over met elkaar en bepalen hoe we de finesses willen trainen. Bijvoorbeeld hoe je een gesprek met de patiënt dusdanig voert dat je iemand ook echt kan ondersteunen om andere, gezondere keuzes te maken. Je bespreekt dan niet alleen de – al dan niet medische – hulpvraag, maar gaat kijken of je iemand op een gezonder spoor kan zetten. Daarvoor moet je een beeld hebben van iemands persoonlijke situatie en leefstijl: Wat vindt de patiënt
belangrijk, wat kan of wil hij/zij, hoe ziet het sociale vangnet eruit? Vervolgens regel je als regie zorgverlener de zorg hier omheen. Daarbij is het essentieel dat overige betrokken zorgverleners precies weten wat deze patiënt nodig heeft. Zo sluit de zorg aan op het probleem en raken patiënten de weg niet kwijt in het brede aanbod binnen het zorglandschap.
Welke concrete voordelen levert dit op?
Marian: Een mooi voorbeeld is de “ketenzorg ontketend”. Je maakt veel beter gebruik van ieders expertise binnen de keten. Een gezondheidsprobleem is vaak niet alleen lichamelijk, maar heeft bijvoorbeeld ook te maken met zingeving of met mee kunnen doen. Dat valt buiten de expertise van de meeste huisartsen. Voor de huisarts is het belangrijk om korte lijnen met de andere disciplines in de keten te hebben. Met onze nieuwe digitale VIPLive omgeving zijn we veel meer met elkaar verbonden en kunnen we eenvoudig met elkaar chatten om samen tot de beste oplossing voor de patiënt te komen.
Wat betekent dat voor de patiënt?
Marian: Van patiëntenorganisaties en onderzoeken weten we dat patiënten regelmatig het gevoel hadden dat ze tegen een muur opliepen. Nu doen ze vaker maar één keer hun verhaal en worden zonder omzwervingen gekoppeld aan een zorgverlener die direct inzicht heeft in de situatie, meedenkt en kijkt naar wat er mogelijk is. Die benadering is enorm helpend.
Het klinkt allemaal heel logisch, maar het is echt een andere werkwijze. Jullie komen in de praktijk vast wel struikelblokken tegen?
Marian: Eigenlijk sta ik er versteld van hoe zorgprofessionals dit omarmen. Huisartsen en praktijkmedewerkers zijn al erg druk en moeten hier flink wat tijd en energie in steken, maar over het algemeen zien ze deze gezamenlijk ontwikkelde aanpak wel als een kans.
Sandra: We trainen veel zorgprofessionals en zien dat de mensen die enthousiast zijn het ook echt in de praktijk brengen. Tien jaar geleden is het eigenlijk al een beetje begonnen, maar toen was er nog weerstand. Nu merk je dat er veel meer interesse is. Het maakt hun werk weer leuker, ze luisteren beter naar wat de patiënt belangrijk vindt, laten de regie meer bij de patiënt. Ze hebben andere gesprekken, vullen minder zelf in en sluiten daardoor meer aan
bij wat de patiënt zelf wil.
En hoe ervaren patiënten deze nieuwe aanpak?
Marian: Het wordt erg gewaardeerd. Mensen willen graag over hun eigen lot kunnen beslissen. Het gesprek helpt ze bij het ordenen van hun gedachten,maar ze houden wel de eigen regie.
Sandra: Patiënten voelen zich veel meer gehoord en gezien. Ze doen nieuwe inzichten op door de brede benadering. Met behulp van het spinnenwebgespreksmodel van Positieve Gezondheid krijgen ze zicht op wat voor hen echt van waarde is. Door het andere gesprek te voeren staat een betekenisvol leven en veerkracht centraal.
Komt uit zo’n gesprek ook naar voren waar een patiënt graag zelf aan wil werken?
Sandra: Dat is nou precies het uitgangspunt van het gesprek. De patiënt bepaalt. Ik hoorde laatst een mooi verhaal van een fysiotherapeut. Zij had een afspraak met een patiënt die in een rolstoel zat en had voorafgaand aan het consult al wat fysieke oefeningen
bedacht. Maar uit het gesprek met de patiënt kwam dat zij met een vol hoofd zat. Ze wilde hulp bij het ordenen van haar gedachten en een lijstje met wat ze op een dag kon doen. Daar zijn ze vervolgens mee aan de slag gegaan. Door goed te luisteren kom je erachter wat iemand echt belangrijk vindt.
Hoe maken we van Positieve Gezondheid de nieuwe standaard?
Sandra: Het belangrijkste is dat men inziet wat het kan opleveren voor zowel de patiënt als de zorgverlener! Daarnaast is het belangrijk dat huisartsen veel ervaring opdoen en zich de werkwijze echt eigen maken. Ze moeten naast de medische aspecten nu ineens veel breder kijken. Bij een hoge werkdruk zal het verleidelijk zijn om in het oude patroon te vervallen. Intervisie, elkaar inspireren, is daarom ook essentieel.
Marian: Daarnaast is de aansluiting bij het sociale domein of informele zorg ook belangrijk. Hier kan en moet nog een hoop worden verbeterd. Een ander punt is dat het gedachtengoed van Positieve Gezondheid ook zou moeten leiden tot meer gemeenschapszin, meer omkijken naar elkaar. Dat vraagt om een omwenteling van cultuur en maatschappij, van iedere burger. De vraag is wat de rol van de zorgprofessional wordt in die onderlinge interactie.
Afgelopen jaar hebben veel zorgprofessionals de basistraining gehad. Hoe gaan zij in 2024 verder?
Sandra: Het gaat nu om het toepassen en eigen maken van de werkwijze. Er zijn praktijken die zelf al intervisies doen of die een verdiepende training gaan volgen. We bieden vanuit RegiozorgNU ook coaching aan. Verder zijn er in wijken netwerkbijeenkomsten rondom Positieve Gezondheid. Daarin praten we over het finetunen van werkwijzen en borgen van afspraken. Het mooiste vind ik dat bewoners er steeds meer bij worden betrokken. Er
zijn bijvoorbeeld huisartsen die in hun nieuwsbrief aandacht besteden aan Positieve Gezondheid en het gedachtegoed mee helpen uitdragen in het wijksamenwerkingsverband.