M

Hechte wijkverbanden

Met het project brengen we zorgverleners en professionals uit het sociaal domein samen, om rondom de wijk én de inwoner samen te werken.

Home > Wijksamenwerking > Hechte wijkverbanden > Veelgestelde vragen

Veelgestelde vragen

Heb je een vraag over het project Hechte Wijkverbanden? Hieronder vind je de antwoorden op de meestgestelde vragen. Staat jouw vraag er niet tussen? Neem dan gerust contact op met een van de projectleiders.

 

Wat zijn de verwachte resultaten van het project?

In elke wijk binnen de regio moet een Hecht Wijkverband (HWV) actief zijn met samenwerking tussen eerstelijnszorg (huisarts, apotheek, paramedie, VVT) en het sociaal domein conform het Regioplan Midden-Nederland. Deze netwerken werken opgavegericht, op basis van wijkdata, burgerparticipatie en met de blik van professionals. Ze zijn gericht op het verminderen van zorgdruk, het verbeteren van de toegankelijkheid en vergroten van preventie. Concreet resultaat: verminderde instroom en versnelde uitstroom in de zorg, betere afstemming tussen disciplines en meer regie en vitaliteit bij de inwoner. 

Welke maatschappelijke impact mogen we verwachten van het project?

Betere samenwerking leidt tot toegankelijkere zorg, verkleining van gezondheidsverschillen, lagere werkdruk voor professionals en meer regie bij de burger. Er is sprake van maatschappelijke meerwaarde: mensen worden eerder en beter geholpen en kunnen langer zelfstandig functioneren omdat ze zich gezonder voelen. 

Voor welke doelgroepen (inwoners) verwachten we de grootste winst te behalen en hoe ziet die winst er in de dagelijks praktijk uit? Welke verandering treedt er na het project op?

De aanpak richt zich op mensen met meervoudige problematiek en complexe zorgvragen. In de praktijk levert dit tastbare winst op: inwoners krijgen via één ingang sneller de juiste zorg, hoeven hun verhaal minder vaak te herhalen en ervaren dat hulpverleners beter op elkaar zijn afgestemd. Na afloop van het project hebben inwoners sneller toegang tot passende zorg en ervaren meer regie en menselijkheid in hun zorgtraject. Zorgverleners kennen elkaar en werken volgens dezelfde afspraken.

Welke winst verwachten t.b.v. professionals verwachten jullie binnen het medisch en sociaal domein behalen en hoe ziet die winst er in de dagelijks praktijk uit? Welke verandering treedt er na het project op?

Het project zorgt voor kortere lijnen, minder werkdruk en betere afstemming tussen professionals. Er is een heldere taakverdeling en er wordt effectief gebruikgemaakt van wijkdata. De versnipperde hulp maakt plaats voor een gezamenlijke, opgavegerichte aanpak. Professionals ervaren meer autonomie in hun werk en er is per casus een duidelijk aanspreekpunt.

Welke inspanningen moeten er voor het project worden verricht, en door wie?

Voor het slagen van het project zijn inspanningen nodig van diverse betrokken partijen, waaronder projectmanagement, wijkmanagers, huisartsen, apothekers, VVT-organisaties, paramedici, gemeenten, het sociaal domein, inwoners, een kwartiermaker en een data-analist. Gezamenlijk dragen zij bij aan het vormen van projectgroepen, het faciliteren van bijeenkomsten van de projectgroep en HWV’s, en het indelen van wijken. Ook worden inwoners actief betrokken via burgerparticipatie. Daarnaast worden relevante data verzameld en geduid, vinden er kick-off bijeenkomsten plaats, en worden plannen van aanpak opgesteld. Tot slot wordt er gewerkt aan een duurzame borging van de uitvoering door middel van de PDCA-cyclus (Plan-Do-Check-Act).

Wat is de doorlooptijd van het project?

De subsidie is nu toegekend en eind 2026 za het project afgerond zijn waarna de structuur blijft bestaan.

Welke stakeholders zijn er nog meer betrokken en op welke wijze worden zij gefinancierd?

Betrokken organisaties zijn: RegiozorgNU, gemeenten, apothekers (ApothekersNU), paramedici (ParaNU), VVT (Careyn, De Rijnhoven als mandaathouders), Zilveren Kruis. Zij worden gefinancierd middels een ZonMw-subsidie, reguliere O&I-bekostiging, structurele financieringsafspraken in ontwikkeling en lokaal aanvullend gefinancierd waar nodig. 

Hoe verhoudt het project van IZA zich tot het project hechte wijkverbanden van RegiozorgNU?

Dit project bouwt voort op de pilot in Woerden, die is uitgevoerd met hulp van RegiozorgNU. De methodiek, structuur, leerpunten en handreiking uit de pilot zijn leidend voor de regionale uitrol. Het huidige project is dus een opschaling van het oorspronkelijke project onder IZA-regie. We gaan de geleerde lessen uit de pilot meenemen voor geheel Utrecht West én FletioGezond. Hierbij bouwen we voort op de structuur, samen met partners uit alle domeinen. 

Welke voorwaarden zijn er nodig om het project succesvol te maken?

Draagvlak, personele inzet (wijkmanagers, gemeentelijk coördinatoren), betrokken partners, goed databeheer, gebruik van handreikingen, afstemming lokale context, mandaat van stakeholders en inzet burgerparticipatie op alle levels zijn nodig om dit project succesvol te maken. 

Hoe kan dit volgens jullie onderdeel worden van het reguliere werkproces van gemeenten en maatschappelijke organisaties?

Structurele inbedding vindt plaats door het project te verankeren in het reguliere werkproces via wijkmanagers en gemeentelijke coördinatoren. Daarnaast worden er structurele afspraken gemaakt, vastgelegd in convenanten. De werkwijze wordt opgenomen in bestaande overleggen en processen, zodat het onderdeel wordt van de dagelijkse praktijk.

Hoe wordt de voortgang gemonitord en geëvalueerd binnen de projectgroep?

De voortgang wordt gemonitord via een PDCA-cyclus (Plan, Do, Check en Act) per wijk. Verder vinden er kwartaaloverleggen met duo’s (wijkmanager/gemeente) plaats en een jaarlijkse evaluatie op tactisch niveau. 

Op welke wijze worden andere gemeenten uit UW (bijv. Oudewater) op termijn betrokken?

De regio neemt ook grensgebieden zoals Oudewater mee in overleg. Grenzen van HWV’s worden afgestemd met andere regio’s om samenwerking niet te hinderen. 

Hoe verhoudt het project zich tot de bestaande inrichting van het sociaal domein en het medisch domein?

Dit project verbindt deze domeinen via vaste overlegstructuren en door opgavegericht samen te werken. Het richt zich op gezamenlijke multidisciplinaire plannen, gedeelde verantwoordelijkheid en data-ondersteund beleid. 

Op welke wijze onderscheidt het project zich van andere (soortgelijke) gezondheidsbevorderingen en interventies zoals 2diabeet en gezonde wijkaanpak?

Het project is integraal en domeinoverstijgend, en niet gericht op één aandoening of leefstijlthema. Het is gericht op duurzame netwerksamenwerking en structurele transformatie van het zorglandschap. Het project is een inrichtingsstructuur en verdieping van wat al bestaat.  

Zijn er best practices van andere gemeenten en zo ja, op welke wijze nemen jullie deze mee in dit project?

Ja, er wordt geleerd van andere regio’s en branches. Twee symposia worden gepland om ervaringen uit te wisselen en geleerde lessen te delen. Voor nu is de pilotregio Woerden de regio waar we het meest van geleerd hebben. Daarnaast is er ook de deelname aan het landelijk leer- en verbeternetwerk van LeVEL waar we best practices ophalen. 

Meer informatie
face-marian-verkerk

Corenne Boeve

Programmaleider

face-marian-verkerk

Tesse Zwijnenburg

Programmaleider

Loading...